Vanmiddag komt mijn nichtje op bezoek. Mijn kleine nichtje hoort bij vroeger, bij kamperen met onze ouders, bij ponyrijden en kerstvakanties. En nu ken ik haar alleen nog maar van bruiloften en partijen. Inmiddels heeft ze een eigen gezin, een huis, hobby’s die volgens Facebook steeds medailles opleveren en een verantwoordelijke baan. En voor die baan moet ze op cursus bij mij in de buurt. Daarom stuurde ze me een paar weken geleden via Messenger een berichtje. Of ze daarna bij mij een kopje thee zou komen drinken? Ze is nog nooit bij mij thuis geweest. Flarden herinneringen schieten voorbij, evenals mijn planning. Haar cursus duurt tot 12 uur, dus als ik in de ochtend gewoon flink doorhaal zou het moeten kunnen. “Tuurlijk kind,” bericht ik haar terug “je bent van harte welkom.”
Die donderdag zit ik al vroeg en geconcentreerd achter mijn
computer. Slechts één deadline, om halftwee, dus dat moet gaan lukken.
Supergeconcentreerd werk ik de catalogus van de nieuwe Porsche Taycan door. De
vertaalde platte teksten had ik al eerder gecorrigeerd, het is nu zaak om het
document dat in lay-out is gezet te controleren. Past alle Nederlandse tekst in
de kolommen die voor Duitse tekst zijn ontworpen? Zijn de afbrekingen in orde
en staan er niet te veel afbreekstreepjes onder elkaar? Leest de bladzijde
lekker weg? Donders: er staan gewoon weer Duitse tekstvelden tussendoor! Even
lekker zelf vertalen dan maar.
Dit alles gebeurt in een beveiligde omgeving op een server hier ver, ver
vandaan. Alleen ik mag daarheen met een eigen VPN-verbinding. En die server houdt
precies bij of ik niet te lang niets doe. Want dan begint hij pesterig af te
tellen. Totdat er uiteindelijk verschijnt: ‘switched off due to inactivity’.
Ergens in de wereld blijft mijn geopende document dan moederziel alleen
openstaan. Snel weer inloggen en verder werken zou je denken. Maar zo werkt dat
dus niet; het document blijft ontoegankelijk omdat het in bewerking is bij ene
Ariane Meershoek. Maar zelfs ik kan er dan niet meer bij! Deze situatie kan wel
een paar uur aanhouden voordat het systeem de fout opmerkt en het document toch
maar vrijgeeft. Je begrijpt: deze situatie moet te allen tijde worden voorkomen
en ik werk dus geconcentreerd door.
Ik schrik op van de voordeurbel. Wááát? Nu al? Nichtje? En
ik had haar nog zo gezegd achterom te komen omdat je voor niet kunt parkeren.
De voordeur is alleen voor pakketjes en collectanten, grappen wij altijd. Ik
doe mijn kantoorsloffen en -vest uit en loop snel naar beneden. Voor de voordeur
staat inderdaad een postbode, met een enveloppe die net niet door onze
brievenbus past. Opgelucht pak ik de enveloppe aan en snel weer naar boven.
Vest aan, sloffen aan en door. Ik zit helemaal verdiept in de highlights en
elektrische mogelijkheden van de Taycan als de telefoon gaat. Volgens de
nummerherkenning is het mijn moeder. Als het goed is, is ze vannacht
teruggekeerd van een weekje Kreta, samen met mijn zus. Hun vorige uitje naar onze
dochter in Genève eindigde op de eerste hulp omdat moeder in het donker bij
thuiskomst haar eigen tuinmuurtje over het hoofd had gezien. Je begrijpt dat ik
dus nu heel graag wil weten of ze veilig zijn teruggekeerd.
Oké, situatie gewijzigd, ik schakel mezelf in social mode, sluit mijn
tijdsregistratie af en geef af en toe een tik op het toetsenbord om via de VPN
te laten weten dat ik er heus nog wel ben.
Moeders klinkt gelukkig heel opgewekt en blij en begint meteen te vertellen
over zon, zee en zomers vertier. Over het heerlijke eten en de aardige mensen,
het fantastische all-in hotel met zwembaden en prachtige tuinen. Ondertussen staar
ik door het raam naar onze herfstige tuin beneden. De wolken hangen laag en
grijs, de regen valt gestaag. Alles is hier mistroostig en nat.
Terwijl ik wegdromend bij de verhalen over zonovergoten
Griekse stranden naar buiten staar, zie ik onze tuindeur langzaam opengaan. Er
komt een gestalte de tuin in. Nichtje? Nu al? “Sorry mam, ik moet hangen! Ik
bel je vanmiddag!”.
De vrouw loopt ondertussen zelfbewust onze tuin door, richting de achterdeur. Vanaf
boven kan ik het niet zo goed zien. Was nichtje altijd al zo donker, of heeft
ze haar haar een beetje gekleurd? Ik heb haar natuurlijk nog nooit ‘zakelijk’ noch
van boven gezien, dus het kan dat ik haar niet herken. Snel doe ik weer mijn
kantoorsloffen en -vest uit en dribbel naar beneden, de woonkamer in. Door de
schuifpui heen kijken we elkaar aan met een blik van ‘wat grappig dat we elkaar
nu hier zien!’. Ze lijkt anders, maar toch ook weer niet. Kapsel en postuur
herken ik, haar gezicht waarschijnlijk ook. De kleding en tas horen natuurlijk
bij haar kantoor-outfit. Verward loop ik naar de achterdeur, draai deze van het
slot en doe de deur voor haar open. Ze kijkt me vrolijk aan en zegt:
“Hallo, ik kom voor de hielprik!”
Ik weet niet wie er verbaasder is; zij of ik. Eigenlijk voelde ze al nattigheid toen ze nergens slingers en ‘Welkom baby’ zag. Maar ja, ze moest van haar TomTom echt hier zijn. Pardon? Ik denk dat je TomTom een paar blokken verderop bedoelde, bij de nummer 17 van de straat áchter ons. Maar dat je al eerder bent gestopt omdat er bij ons óók een nummer 17 bij de achterdeur hangt. Maar geeft niets, dat gebeurt regelmatig hoor. Toen ik nog hoogzwanger was stond er al een kraamhulp in de achtertuin, stomverbaasd dat mijn baby nog niet geboren was. En hoeveel mensen hier al via Marktplaats voor een kano, kinderschoenen of een kastje zijn geweest?! Dus geeft niets, ik loop regelmatig voor niets vanuit mijn kantoor naar de achterdeur of tuindeur.
Terug naar kantoor. Vest en sloffen weer aan,
tijdsregistratie weer aan en door. Ik denk dat ik een klein uurtje verder ben
als dan uiteindelijk toch nog nichtje aanbelt. Aan de voordeur. Ze had keurig
volgens de instructies achter geparkeerd en was vervolgens omgelopen. En
natuurlijk herken ik haar meteen.
“Loop alvast maar naar binnen en maak het je gemakkelijk, dan log ik eerst nog
even uit!” Een uur eerder dan verwacht zitten we lekker aan de koffie en thee
en kletsen we over ons werk. Zij doet iets met milieu en grondboringen en moest
vandaag dus voor een van haar relaties verplicht naar een 2-uurs cursus over
veilig werken in afgesloten ruimtes.
“Maar wij werken in de grond!” Ze heeft het nog aan haar collega’s en managers
gevraagd of dit echt wel zinvol is, maar het moest gewoon. Zo gaat dat in
cursusland, het vinkje móet worden gezet. Als ik veronderstel dat de cursusmap straks
zeker meteen in de kast verdwijnt antwoordt ze gevat: “Ik heb ‘m niet eens
meegenomen! Ik zou niet weten wat ik mijn collega’s hierover moet vertellen.
Dit is totaal niet op ons van toepassing.” Tenenkrommend, hemelschreiend
tergend vind ik dit. Doe je als zzp-er zo je best om goedkoop, zuinig en
milieubewust te zijn. En dat er dan zoveel tijd en geld over de balk wordt
gesmeten aan reizen, aan cursusmappen en zinloze bijeenkomsten.
Helaas kunnen we niet te lang verder kletsen. Ik heb nog een
deadline te halen en zij moet naar de volgende 2-uurs cursus. Die niet zoals
vanochtend in Amersfoort wordt gegeven, maar in Vianen. Die cursus zal gaan
over veilig werken op het dak.
En zij doet dus grondboringen.