Eindelijk werd de nieuwe thuiswerkplek van manlief bezorgd. We hadden het bureau zorgvuldig uitgezocht en na rijp beraad voor de kleurstelling zwart/hout gekozen. De levering duurde een paar weken en inmiddels werkt hij niet zo heel vaak meer thuis, maar dat mag de pret niet drukken. Op maandagochtend ging de bel. Poes had nog net de tijd om hard weg te vluchten voordat er twee mannen met grote dozen binnenkwamen. Het ene na het andere pakket namen ze mee naar boven en ze begonnen meteen hard te timmeren. En ja, ze lustten er best een kopje koffie bij want “een beetje smeerolie helpt altijd!”
Toen ik even later met het dienblad met twee geurende kopjes koffie de trap op kwam, lag er een bureau in aanbouw op de grond. Met een wit blad. En witte poten. “Goh” zei ik heel neutraal. “Het lijkt wel wit. En we hebben zwart met hout besteld.” De mannen keken me aan of ze water zagen branden. Of ik een heel gemene grap uithaalde. Zenuwachtig pakten ze de bon erbij en verdraaid, daar stond het: zwart met hout. Verbouwereerd keken ze elkaar aan. “Ik heb gewoon alle pakketten met een A erop gepakt” zei de ene. “Dan had je misschien beter die met de B kunnen pakken” zei de andere. En toen tegen mij: “Heeft u misschien een rol plakband?” Terwijl ik plakband ging zoeken dronken zij hun smeerolie op. En daarna hoorde ik ze fluitend het witte bureau demonteren, alle onderdelen weer terug in plastic en karton wikkelen en de boel stevig vastplakken. En daar gingen ze weer; de trap af en tuin door met al die dozen. Gelukkig stonden er in de vrachtwagen nog voldoende pakketten B en even later hadden we dan toch nog een prachtig verstelbare werkplek. Met een houten blad op een zwart frame.
Sommige dingen moeten blijkbaar in twee keer. Ik begon deze week opnieuw aan een boek met de veelzeggende titel ‘Ik moet nog even kijken of ik kan – De stille revolutie van de introverte mens’. Ik heb het te leen, was er ooit in begonnen maar had het na de eerste bladzijden onaangeroerd op mijn nachtkastje laten liggen. Kennelijk sprak het toen toch niet zo aan als gedacht. Tot gister. Ik ben inmiddels een paar frustraties en vraagtekens in het leven verder en nu heb ik het in één ruk uitgelezen. Ik ga me op glad ijs begeven maar ik denk dat het gezegd moet: vrijwel alles wat erin stond was ‘check’, ‘klopt’, ‘waar’ en ‘dito’. Een openbaring. Prachtige, herkenbare en bemoedigende verhalen van succesvolle introverte bedrijfseigenaren, journalisten en HR-managers.
Helaas werd ik wreed uit dit feest van herkenning gerukt, want wat was dat nou? Ik had al gemerkt dat er nogal abrupte overgangen in zaten, maar dat paste wel bij de stijl van het boek. Totdat het feest van herkenning wel erg letterlijk werd: vanaf pagina 96 is de tekst letterlijk hetzelfde als vanaf pagina 65! Nader onderzoek leert dat katern 3 ontbreekt en katern 4 juist dubbel in het boek zit. Foutje van de binderij. Ontzettend jammer want ik ben niet dubbel geïnteresseerd in ‘Het stille kind als orchidee’ maar des te meer in het ontbrekende ‘Doe niet zo ongezellig – waarom introversie niet ‘cool’ is, en ook geen ziekte’.
Ik heb vandaag een mailtje naar de uitgever gestuurd of ik mijn collector’s item kan inruilen voor een normaal exemplaar. En daarmee is de cirkel wel zo’n beetje rond, want toevallig heb ik bij een heel andere uitgeverij een sollicitatie lopen voor een baan waarbij ik precies dit soort problemen moet gaan afhandelen. Toevallig toch? Ik hoop maar dat het omgeruild kan worden. Net zoals ik hoopte dat de levering van het puber-bed vandaag wel in een keer goed zou gaan. Voor de zekerheid heb ik even gewacht met de weekbreak, omdat het zo’n ‘Foutje bedankt’-week dreigde te worden. Tot mijn grote verrassing is het bed echter op de afgesproken tijd volgens de afgesproken specificaties geleverd en gemonteerd. De puber heeft weer een bed. Nu wil ik nog een compleet boek.